Weblog van Leen   |  home |      admin |    Thursday, November 6th   
Strijd om de laatste vissen
Visstand nog verder uitgeput dan gedacht
Vissersboten moeten nu naar verhouding zeventien keer harder werken dan 120 jaar geleden om dezelfde hoeveelheid vis te vangen. Dit alles ondanks de industrialisatie van de visserij en het aanboren van nieuwe visgronden. Volgens nieuw onderzoek is de aftakeling van vispopulaties nog dramatischer dan gedacht.

De visstand is nog veel erger uitgeput dan tot nu toe werd aangenomen, stellen Engelse onderzoekers. Ze doken in stapels oude stoffige logboeken en maakten een inventarisatie van de visvangst in Engeland en Wales die teruggaat tot 1889, het jaar waarin de metingen begonnen. Ze publiceren deze week over hun onderzoek in Nature Communications. Daaruit blijkt dat het de vissers op de Victoriaanse houten zeilboten naar verhouding zeventien keer minder energie kostte om dezelfde hoeveelheid vis te vangen als de technologisch veel meer geavanceerde vissersboten van nu.

Ruth Thurstan van de Universiteit van York, die het onderzoek leidde, zegt er versteld van te staan dat er in 1910 naar gewicht vier keer zoveel vis werd binnengehaald als in 2010. De onderzoekers wijten dat enorme verschil aan de bijna volledig uitgeputte visstand. De schade die is toegebracht aan vispopulaties is volgens hun veel zwaarder en langduriger aan de gang dan tot voorheen werd gedacht. Vooral de aantallen van veel gegeten vissoorten als kabeljauw, heilbot, schelvis en schol zijn door sleepnetvisserij in ruim een eeuw tijd gigantisch sterk afgenomen, variërend van een afname van 83,4 procent tot wel 99,1 procent (schelvis).

Uit eerdere studies blijkt een soortgelijke afname als gevolg van overbevissing voor vissoorten in de Atlantische Oceaan en de Noordzee. Zo is bijvoorbeeld naar schatting de hoeveelheid roofvissen in de Atlantische Oceaan sinds 1900 naar gewicht afgenomen met negentig procent. Voor grote en middelgrote vissen in de Noordzee ligt dat tussen de 97,4 en 99,2 procent.

Explosieve visvangst
Volgens de onderzoekers is het probleem van overbevissing zelfs nog verder terug te herleiden, in ieder geval tot de aanleg van het Britse spoorwegnet in de jaren 1830. Deze nieuwe transportoptie leidde namelijk tot een snel toenemende vraag naar verse vis vanuit het binnenland. Om aan die vraag te kunnen voldoen, werden de ouderwetse houten zeilschepen vervangen door moderne vissersschepen op stoomkracht die met enorme sleepnetten in nieuwe visgronden, dieper in zee en voor langere periodes konden vissen.

De hoeveelheid gevangen vis steeg hierdoor explosief. Maar de overvolle visnetten die naar boven werden getakeld, leidden al in 1863 tot de eerste protesten dat de industriële sleepnetvisserij schade toebracht aan leefgebieden en populaties van vissen die op of nabij de zeebodem leefden. Er volgden twee openbare onderzoeken, een in 1863 en een in 1885, maar er was een gebrek aan harde cijfers. Vanaf 1889 werden vervolgens de vangstcijfers bijgehouden voor alle grote havens in Engeland en Wales – maar die cijfers zijn ruim een eeuw genegeerd, stellen de onderzoekers.

Hoge vangsten, lage efficiëntie
Vermoedelijk is er lange tijd geen actie ondernomen omdat de hoeveelheid gevangen vis door de industrialisatie decennialang, afgezien van twee dieptepunten tijdens beide wereldoorlogen, alleen maar toenam. Het hoogtepunt lag in 1938, toen de visvloot in Engeland en Wales 5,4 keer zoveel vis omhoog haalde als nu. Na de Tweede Wereldoorlog werden de vooroorlogse vangsten korte tijd bijna geëvenaard, maar daarna kelderde de opbrengst hard ondanks grote investeringen in de visserijvloot.

Om een zo goed mogelijke historische vergelijking te kunnen maken, keken de onderzoekers naar alle, in Engeland en Wales geregistreerde, grotere netvissersschepen tussen 1889 en 2007. Hun vangsten werden vervolgens gecorrigeerd met de technologische innovatie door de jaren heen en het aanboren van nieuwe visgronden. Hieruit volgt een cijfer voor de zogenaamde Landings per unit of fishing power (LPUP). Volgens deze berekeningen nam de LUPL alleen al in het laatste decennium van de negentiende eeuw – ondanks hogere vangsten door moderne technologie en nieuwe visgronden – al af met 39 procent.

Aanscherpen visquota
De onderzoekers stellen dat hoewel visquota uit de afgelopen decennia ook hebben gezorgd voor een verlaging in visopbrengst, de aftakeling van vispopulaties al lang voor die tijd is begonnen. Ze roepen overheden nu met klem op om de visquota sterk aan te scherpen op basis van deze verontrustende historische cijfers.

Nu wordt in het vaststellen van de visquota nog hoofdzakelijk gekeken naar de visopbrengsten uit de afgelopen twintig tot veertig jaar, terwijl de geïndustrialiseerde visserij al ongeveer anderhalve eeuw en commerciële visserij al vele honderden jaren bestaat. Er zijn bijzonder krachtige maatregelen nodig willen de populaties aan onder meer kabeljauw, heilbot, schelvis en schol herstellen tot slechts een schaduw van wat het ooit was.

---

En dat terwijl alom geroepen wordt dat de voedselproductie verdubbeld moet worden om iedereen van voldoende voedsel te kunnen voorzien.
Ook de diverse scans betreffende de ecologische voetafdruk laten zien dat we veel meer grondstoffen gebruiken dan de aarde oplevert.
Ook als je een, naar westerse maatstaven gerekend, relatief sobere leefstijl hebt gebruik je altijd nog bijna drie keer zoveel als wat gemiddeld voor iedereen beschikbaar is.