Weblog van Leen   |  home |      admin |    Thursday, November 6th   
Zoogdieren tarten invulling evolutietheorie
AMSTERDAM - In plaats van enorm snelle diversificatie bij de opkomst van de zoogdieren, lijkt de evolutiesnelheid juist helemaal los te staan van de hoeveelheid diversiteit. Dat zeggen onderzoekers van de University of Reading.

De evolutiebiologen onderzochten zoogdieren, en vonden dat de snelheid van de soortvorming los staat van de ontwikkeling van bepaalde eigenschappen.

Na de dinosaurussen kwamen de zoogdieren op als dominante grote levensvorm en de heersende gedachte was dat de diversiteit in soorten vooral in het begin op kwam, waarna er een lange periode van ‘finetuning’ volgde, die het dier pas echt goed in zijn omgeving zou doen passen.

De verklaring was dat er een ‘leeg veld’ aan ecologische niches (rollen) klaar lag om snel veroverd te worden.

Maar nu blijkt dat de evolutiesnelheid van de twee meest soortenrijke zoogdiergroepen, de knaagdieren en de vleermuizen, helemaal niet zo hoog was, en dat van sommige soortenarme groepen – de olifantachtigen – die snelheid juist wel hoog was. Er was dus blijkbaar niet zo’n haast vanuit de dieren om alle mogelijke niches te bezetten.

Mark Pagel, auteur van het artikel, concludeert dat ''het lang zo was dat we dachten dat er een snelle evolutie was aan het begin van de zoogdierdominantie, en dat die langzaam afremde tot het heden. Maar we hebben gevonden dat het proces dat de morfologische diversiteit mogelijk maakte in deze groep dieren veel vrijer was dan gedacht. Niches vullen niet zomaar op, en diversiteit ontstaat wanneer, waar en hoe snel dat dan ook maar voordelig is.''

---

De kop van dit artikel is niet goed.
Het meningsverschil tussen de voor- en tegenstanders van de 'snelle evolutie' loopt al vele jaren. Om dan te zeggen dat 'de huidige invulling evolutie' getart wordt zet de zaken in een verkeerd daglicht.

Niet de zoogdieren tarten invulling van de evolutietheorie, dat komt eerder voor rekening van publicerende wetenschappers, zoals bijvoorbeeld wijlen Stephen Jay Gould. Gould was misschien wel de grootste voorstander van de 'snelle evolutie'.